The Chicken in Black

Wij zijn van het principe μέγα βιβλίον μέγα κακόν. Mega biblion, mega kakon. Vrij vertaald: dikke boeken zijn slechte boeken. Op die regel bestaat maar één uitzondering: biografiën. Die moéten dik zijn. Daarom heten ze ook altijd 'monumentaal'. Nu goed, dit is ook een dik boek en het is geen biografie, maar wel goed. En dit ook. En dit. En dit. Ja, nee, wacht een regel met zoveel uitzonderingen is geen regel meer. Andere inleiding.

Archeologische vondsten zijn altijd 'belangwekkend', biografieën altijd 'monumentaal'. Wij denken dat monumentaal 'dik' betekent. Want dat moet een biografie altijd zijn. Dat wekt de indruk dat de biograaf werkelijk alles weet. Het kleinste detail eerst. Dat is ook precies het probleem met biografieën. Dat alles erin staat. Dus ook de dieptepunten.

In het geval van Johnny Cash is dat ‘The Chicken in Black’. Een song over een hersentransplantie waarbij hijzelf het brein van een bankovervaller krijgt en een kip dat van hem. Daar hoort een videoclip bij waarin hij verkleed als superheld een bank overvalt en de aanwezigen al zingend met zijn gitaar onder schot houdt. Werkelijk niet om aan te zien. Schrijnende beelden van een radeloze artiest op zijn retour. Nog pijnlijker dan de zingende John Massis.

Maar dat is niet erg, want als fan - biografieën worden alleen gelezen door fans - weet je dan al wat er nog komt, een paar hoofdstukken verderop, in de laatste rechte lijn naar het graf: de comeback van de eeuw! Een Godsgeschenk was dat voor biograaf Robert Hillburn.

Zijn ‘Johnny Cash. The Life’ is zopas in het Nederlands verschenen. 752 pagina’s. Het is vast al ergens 'monumentaal' genoemd. Of 'definitief'. Echt iets voor Christophe Vekeman dus. Groot countryfan (weten we sinds de allereerste aflevering van Interne Keuken vijf jaar geleden) en schrijver, net als Johnny Cash. Die schreef welgeteld één roman. 'Man in White'. Over de apostel Paulus. Bono heeft thuis nog een gesigneerd exemplaar liggen.

Daar dient zo'n biografie dus voor. Om dat soort dingen te weten te komen. En dat Johnny Cash ooit aan pijnstillers verslaafd raakte na een gevecht met een struisvogel. Dat ook.