"De lessen taalkunde zijn zoveel boeiender wanneer er vijf verschillende moedertalen in de klas zitten"

Zijn voormalige stagementor bij de lerarenopleiding aan de KU Leuven Bernadette Rutgeerts nomineerde Zuring toen voor de wedstrijd. De twee zijn altijd contact blijven houden. Toen hij in Vilvoorde begon te werken, was zij de eerste persoon aan wie hij om raad vroeg wanneer het moeilijk ging in de klas.

Ze raadde me steeds aan om creatief te zijn en veel aandacht te besteden aan het persoonlijk contact met mijn leerlingen

Advies dat hij sindsdien, elke dag opnieuw, ter harte neemt. Wanneer het misloopt, heeft roepen geen zin, meent hij. “Ik probeer mijn leerlingen als volwassenen te behandelen en ze op kleine manieren te raken.” Zijn drijfveer? Zijn passie voor zijn baan. “Noodzakelijk,” zegt hij, “anders lukt het niet om bepaalde waarden op de juiste manier over te brengen.”

Leerlingen krijgen dagelijks zoveel op hun bord. Daarom probeert Zuring elke keer verrassend uit de hoek te komen. Zo startte hij op Gedichtendag zijn les op de nogal dreigende toon met de woorden “Alles kan ik verdragen…”. “De klas keek verschrikt. De leerlingen dachten dat ze iets hadden uitgespookt.” Maar hij vervolgde zijn zinnen met het gedicht ‘Jonge Sla’ van Rutger Kopland:

Alles kan ik verdragen,
het verdorren van bonen,
stervende bloemen, het hoekje
aardappelen, kan ik met droge ogen
zien rooien, daar ben ik
werkelijk hard in.

Maar jonge sla in september,
net geplant, slap nog,
in vochtige bedjes, nee.

“Je moet gewoon veel dingen proberen. Je leert het door het te doen.” Niet alles wat hij probeert, werkt ook. Soms hangt het ook af van de klas waar hij voor staat.

Wil jij ook je favoriete leerkracht Nederlands nomineren voor "De Beste leerkracht van de Lage Landen"? Dat doe je tot 4 februari hier!