Touché
“De sociale onderwereld in Brussel is enorm. Dat leidt tot een clash”
zo 28 apr. - 2:33
“Veel Vlamingen en Walen moeten niets weten van Brussel” vertelt Verbeken. “En in Europa ziet men de stad als een bureaucratisch EU-nest. Maar Brussel was ooit een machine van utopieën en maatschappelijke vergezichten. Brussel was een stad van het licht, en niet van donkerte.”
“Er zijn nog altijd veel plekken die ons herinneren aan die glorietijd. In de wijk van de Squares bijvoorbeeld, zie je dat Brussel ooit een stad in de spits was, een soort klein Parijs.”
Verbeken geeft het voorbeeld van Karl Marx, die in Brussel zijn Communistisch Manifest schreef. “Hij was als dissident welkom in Brussel, want Brussel was liberaal toen. Brussel was een slijpsteen voor zijn ideeën. Maar vandaag zou hij zich rot schrikken, want Sint-Joost, waar hij woonde, is nu de armste gemeente van België.”
“Het zelfbewuste, rijke België van de negentiende eeuw zette prachtige gebouwen neer in Brussel. Uit Wallonië stroomden er enorme geldsommen toe. Daarom zijn veel Walen nog altijd bitter tegenover onze hoofdstad.”
De Eerste Wereldoorlog nekte het glorieuze België en Brussel, vertelt Verbeken. “En in de jaren dertig stortte ook de Waalse industrie in. Vanaf de jaren vijftig ging het steil bergaf met Wallonië, en dat was sterk verbonden met het einde van de gouden tijd van België.”
Salafisme
Verbeken vindt Brussel een “bijzonder sensuele stad, met prachtige boulevards en wilde stadsparken”. Maar tegelijkertijd schuwt hij de kritiek niet. “Je moet de vele problemen niet afvlakken.”
Als voorbeeld heeft Verbeken het over de armoede in Brussel. “Een op drie groeit op in armoede. Er is een grote sociale onderwereld. Dat is een immens, onderbelicht probleem. De schaduwstad is enorm geworden. Vroeg of laat leidt dat tot een clash.”
Ook radicalisering blijft een probleem. “Religie ent zich op sociale miserie. Kijk maar naar de problemen in Molenbeek. Leerkrachten vertellen over lagere schoolkinderen die tijdens de ramadan niet deelnemen aan de zwemlessen omdat ze bang zijn om water in te nemen. We moeten daarvoor uitkijken.”