Tienduizend Duitse Turken stonden de Turkse premier Binali Yildirim toe te juichen in de König-Pilsener-Arena van Oberhausen. De trouwe paladijn van president Recep Tayyip Erdoğan was in Duitsland om er campagne te voeren voor het pakket van grondwetswijzigingen die een sterk presidentieel systeem mogelijk moeten maken in Turkije.
De Turken kunnen er zich op 16 april in een referendum over uitspreken, ook zij die in het buitenland leven. En in Duitsland zijn dat er drie miljoen, in België een tweehonderdduizend.
De AKP, de religieus georiënteerde partij die met een absolute meerderheid Turkije bestuurt, schuwt de polarisering niet.
‘Wie van zijn land houdt, zegt Ja’, roept Yildirim de vlaggenzwaaiende Deutschtürken toe.
De mensen die ‘neen’ zeggen, zoals de politici en de kiezers van de seculiere oppositiepartij CHP, worden op één lijn geplaatst met de als terroristen gebrandmerkte aanhangers van de pro-Koerdische HDP.
Het is niet ongebruikelijk in Turkije om een gelijkheidsteken te plaatsen tussen regering en land. Wie kritiek heeft op het staatshoofd of de regering, wordt in die eenzijdige logica nogal gemakkelijk uitgekreten voor terrorist, landverrader of – als je buitenlander bent – ‘Turkijehater’.
Maar in een democratie zijn het net de kritische geesten waar een land het best mee gediend is. Zij zijn als de kanaries in een steenkoolmijn die waarschuwen voor de gevaren die uitgaan van de ongebreidelde machtsdrang van regerende politici.
Wie van Turkije houdt, zou zich eigenlijk de vraag moeten stellen of een ja-stem in het referendum de oplossing vormt voor de problemen waarmee het land worstelt.
De voorstanders van de grondwetswijziging menen dat alleen zo stabiliteit gewaarborgd kan worden. Met een ijzeren hand kan je de stabiliteit er inderdaad altijd doorduwen, maar beter is nog altijd het opzoeken van de dialoog en het compromis waarmee de problemen aangekaart en verwerkt in plaats van onder de mat geveegd worden.
De ironie van wat er in Turkije staat te gebeuren, is dat de voorstanders van een Ja tegen hun eigen winkel spreken. De parlementairen die het pakket van grondwetswijzigingen al in januari goedkeurden, stemden eigenlijk in met een systeem waarin de president het parlement kan ontbinden en decreten kan tekenen waarvoor de toestemming van de volksvergadering niet meer nodig is.
De premier die in Oberhausen luidkeels Ja roept, stemt in met de afschaffing van zijn eigen ambt, want in het nieuwe systeem zal de president tegelijk staatshoofd en regeringshoofd zijn. De burgers die hopen op stabiliteit door een Ja, zullen onderdanen worden waar de volksvertegenwoordiging zich niet meer van haar essentiële functies kan kwijten.