Ga naar hoofdinhoud

Luister Live

Programma's

Select

Podcasts

Alles begint bij luisteren

kies24

ontbreekwoordenboek

Radio 1 Sessies

album van de week

classic album van de week

De Ochtend

De grootste verandering ooit bij De Lijn: bussen en trams gaan anders rijden, maar is dat ook beter?

vr 5 jan. - 5:44

Vanaf morgen rijdt De Lijn volgens totaal nieuwe vervoersplannen, het gevolg van de invoering van de tweede fase van de zogenoemde basisbereikbaarheid. In heel Vlaanderen worden ruim 3.200 haltes geschrapt en rijden bussen meer op de hoofdwegen in plaats van door de wijken, waardoor ze sneller zouden moeten zijn. De hiaten worden opgevuld door het flexvervoer, dat alleen rijdt als een reiziger een rit heeft gereserveerd bij een Hoppin-centrale. Veel nieuwigheden zijn dat, maar er is ook veel kritiek.
De Lijn

"Basisbereikbaarheid" staat voor een vraaggestuurd openbaar vervoer met een grote inbreng van de vervoerregio's. Naast het treinnet van de spoorwegen moet De Lijn instaan voor het kernnet, voor het aanvullende net op de minder drukke lijnen en voor het flexvervoer. In de praktijk is 17 procent van het totale aantal bushaltes geschrapt. Volgens Ann Schoubs van De Lijn behoudt minstens 95 procent van de inwoners een halte op maximaal 750 meter van hun woonplaats, maar in de landelijke gebieden blijkt dat toch niet altijd zo te zijn.

"Flexhaltes" en "Hoppin-centrales"

Waar geen bussen op regelmatige basis stoppen - 25 procent van de resterende haltes - zullen flexhaltes komen. Die worden alleen bediend door flexvervoer, dat in de plaats komt van de belbussen. Daarvoor moet de reiziger een rit reserveren bij een Hoppin-centrale. Dat kan vanaf 30 dagen tot 30 minuten voor de rit, via de app, de website of telefonisch op 0800 12 2 12. Meer informatie over De Lijn Flex vind je op de website van De Lijn

Hoe kom je te weten wat er voor jou is veranderd? Bestaat jouw bus- of tramhalte nog wel? Is er iets veranderd aan de bus- of tramlijn die je gebruikt? Of hoe plan je je reisroute? Antwoorden op al die vragen vind je op de website van De Lijn.

Het moge in elk geval duidelijk zijn: er verandert heel wat aan het Vlaamse openbaar vervoer: het is dan ook de grootste transitie ooit bij De Lijn. "We willen de vraag meer volgen en de middelen efficiënt inzetten waar ze nodig zijn", zei Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) bij de voorstelling, een kleine twee maanden geleden. Maar is iedereen wel zo tevreden met dat "nieuwe" openbaar vervoer?  

Met bus van de gemeente naar bushalte van De Lijn

Wie dat alvast niet is, is burgemeester Steve Vandenberghe (Vooruit) van kustgemeente Bredene. Sinds 15 december legt hij een busje van de gemeente in om inwoners van de wijk Groenendijk naar een bushalte van De Lijn te brengen, zodat ze makkelijker het gemeentehuis, de supermarkten of de woonzorgcampus kunnen bereiken. "We laten één busje bestuurd door een personeelslid van de gemeente op bepaalde uren rondrijden", vertelt hij.

Tot 30 juni trekt Bredene daarvoor 8.925 euro uit. Daarmee hoopt de gemeente de kosten te dragen voor de chauffeur en de benzine. Voor na 30 juni hoopt Vandenberghe dat De Lijn kan bijsturen zodat het busje van de gemeente niet meer nodig is.

Ik schiet niet op De Lijn, want zij zitten met beperkte budgetten

— Steve Vandenberghe (Vooruit), burgemeester Bredene

Een bus van de gemeente inzetten om je inwoners naar een halte van De Lijn te brengen: wat zegt dat eigenlijk over het openbaar vervoer waarvoor De Lijn verantwoordelijk is? "Ik schiet niet op De Lijn, want zij zitten met beperkte budgetten", aldus Vandenberghe. "Het is de Vlaamse regering die keuzes maakt. Zij duwen kerntaken door naar de lokale besturen."

Dat de vervoersregio's de vervoersplannen mee hebben goedgekeurd, zoals Vlaams minister Peeters onlangs nog aangaf in het Vlaams Parlement, betwist Vandenberghe niet. Maar hij zegt er wel bij dat de vervoersregio's verplicht waren om keuzes te maken omdat het beschikbaar budget beperkt is. "De hervorming is budgetneutraal", klinkt het bij het kabinet van Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD). "Met meer geld kun je uiteraard altijd meer doen."

De Vlaamse regering investeert te weinig in openbaar vervoer, waardoor De Lijn haar sociale rol niet meer kan spelen

— Mobiliteitsexpert Dirk Lauwers (Universiteit Gent)

Het is niet per se een slechte zaak dat De Lijn het netwerk van het Vlaamse openbaar vervoer herdenkt en inzet op snellere bus- en tramlijnen die worden "gevoed" door lokale lijnen. "Maar het zou met een beter budget moeten", vindt mobiliteitsexpert Dirk Lauwers (Universiteit Gent).

"De Vlaamse regering investeert te weinig in openbaar vervoer, waardoor De Lijn haar sociale rol niet meer kan spelen", zegt hij. "Studies geven aan dat 93 procent van de mensen op de bus ook afhankelijk is van dat openbaar vervoer. Het gaat dan bijvoorbeeld om mensen die geen rijbewijs hebben - omdat ze te jong zijn of omdat ze zelf niet meer kunnen rijden - of om mensen die geen auto hebben. Zo ontstaat een problematiek van vervoersarmoede."

Lauwers erkent dat de nieuwe vervoersplannen een verbetering voor de grote lijnen betekenen, maar dat wreekt zich in de landelijke gebieden, waar de vraag sowieso minder groot is. Al is die minder grote vraag misschien niet minder essentieel.

Bijsturingen, maar hoe en wanneer?

Hoe dan ook hebben reizigersorganisatie TreinTramBus en de vereniging "Verenigde Supporters van het Openbaar Vervoer" al enkele honderden klachten over de nieuwe vervoersplannen opgetekend. Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD) laat zich niet van de wijs brengen. "Er zullen kinderziektes en opmerkingen zijn - dat is zo bij elk veranderingsproces - maar we gaan door", zei ze onlangs nog in het Vlaams Parlement. Peeters kreeg daar striemende kritiek van de oppositie op haar plannen.

Ook de vakbonden zijn trouwens niet te spreken over de nieuwe vervoersplannen.

Bijsturingen moeten bekeken worden binnen de vervoerregio's

— Kabinet Vlaams minister van Mobiliteit Lydia Peeters (Open VLD)

Maar de minister is naar eigen zeggen wel bereid om te luisteren naar wie klachten heeft. Zij kunnen volgens haar terecht bij De Lijn of bij de Hoppin-centrales.

Ook bij de eerste fase van de invoering van basisbereikbaarheid waren er klachten, en dat heeft hier en daar tot bijsturingen geleid. Zo keert een halte in de Oostendse deelgemeente Raversijde na een 6-tal maanden terug, na klachten van wijkbewoners. "Die bijsturingen verlopen niet gestructureerd, en dat kan problemen geven", duidt Peter Meukens van reizigersvereniging TreinTramBus. Hij vraagt zich af hoe de bijsturingen zullen worden gefinancierd. "Dat moet bekeken worden binnen de vervoerregio's", reageert het kabinet van minister Peeters.

Bron: vrtnws.be en De ochtend

Lees ook:

Blijf op de hoogte

Ontdek de beste podcasttips, beluister het meest recente nieuws en doe mee aan exclusieve acties.

Volg ons op
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Jobs

Privacy

Gebruiksvoorwaarden

Heb je een vraag?

Contact

Wedstrijdreglement

Logo UitInVlaanderenLogo Cim Internet