De Ochtend
Koen Geens wil één politiechef in Brussel
wo 6 dec. - 6:19
Na verschillende rellen in Brussel leggen alle Vlaamse partijen opnieuw de eengemaakte Brusselse politiezone op tafel. In Vlaanderen is er consensus dat de Brusselse politie hierdoor beter zou functioneren. Maar Franstalige partijen zijn hier niet van overtuigd.
Vandaag kunnen de Brusselse politiezones fusioneren: minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) hoeft daar enkel een Koninklijk Besluit voor op te stellen en de zaak is geregeld. Jambon wil dat de Brusselse zones fusioneren, maar wil dat "niet van bovenuit opleggen".
New York het goede voorbeeld?
New York heeft één politiezone voor in totaal 11 miljoen inwoners. De New York Police Department heeft 54.000 werknemers. Ondanks de grote getallen heeft de lokale politie wél ingezet op nabijheidspolitie en met succes: dit jaar zijn er al 30 procent minder schietpartijen en ook het aantal vasthoudingen en fouilleringen is sterk gedaald.
"Er is nog steeds meer criminaliteit in de Verenigde Staten dan in België", zegt justitieminister Geens. "Maar de politie heeft heel wat vooruitgang geboekt en vertrouwen van de burger herwonnen. Er is ook veel minder geweld van politie."
Geens hoopt met dit bezoek de Brusselse burgemeesters te inspireren. Op 13 december heeft Geens een vergadering samen met Jambon en alle negentien Brusselse burgemeesters. Daar moeten zowel op korte als op lange termijn plannen gemaakt worden om de veiligheid in Brussel te verbeteren.
Zones kunnen vandaag al fusioneren
De partij van Koen Geens, CD&V, zit zowel in de Brusselse als in de federale regering. Op beide niveaus kan de partij de kwestie dus op tafel leggen. Eén handtekening van de minister van Binnenlandse Zaken zou immers volstaan om de politiezones in Brussel te fusioneren.
"Dit staat niet in het regeerakkoord", antwoordt Geens. "Maar dingen die niet in het regeerakkoord staan kunnen altijd in het volgende regeerakkoord staan. Ik denk wel dat de tijd tussen nu en een volgende regering, wie daar ook in zit, moet gebruikt worden om daar heel ernstig over na te denken. En het is in dat perspectief dat ik samen met collega Jambon in de volgende weken met de Brusselse burgemeesters zal spreken. Het is heel duidelijk -België kennende- dat dit niet voor morgen is, maar wat niet is kan nog komen en het is altijd nuttig om in het buitenland te zien hoe het werkt."