Nieuwe Feiten
"Ramses De Craene ging mee op de Sporza fietsvakantie"
di 13 nov. - 4:49
Goedemiddag.
Jaloezie is meestal niet zo’n mooie eigenschap. En toch ben ook ik wel eens jaloers. Op de makers van Belpop bijvoorbeeld, een reeks tv-programma’s over de Belgische pop- en rockscene. Alles wil ik weten : welke lp’s de vroegere Radio 1-baas en bassist Frans Ieven heeft geproduced. Hoe stout Willy Willy, a man so nice they named him twice, echt is geweest in zijn wilde periode. Enfin, zo kan ik nog uren doorgaan. Geweldig, die muziekverhalen.
Dertig jaar geleden reed ik op mijn trainingstochten met de fiets heel vaak langs een oude brouwerij in Vliermaal bij Kortessem, tussen Tongeren en Hasselt. Want in die tijd woonde Jo Lemaire daar met haar geliefde Fa Vanham. Zo was me verteld. Die toren, want dat was het, stond bovenop een helling. Ik schakelde een tand kleiner om zo minder te hijgen en geen uitgebluste indruk te maken mocht mijn blik die van Jo kruisen. Helaas zag ik haar daar nooit.
Het was ook in die periode dat ik helemaal wegdroomde bij een nummer van Wim De Craene. Rozanne, Tim, Breek uit Jezelf, Ricky, Marcellino : stuk voor stuk klassiekers. Maar ‘Mensen van 18’, een duet met Della Bossiers dat voor mijn part een wereldhit had mogen zijn. Melancholie in de strofe met daarin dat ene zinnetje : ‘Als hij even met zijn vinger aan haar kleine borstjes raakt …’. Voor een jongen van 15 midden jaren tachtig was dat al voldoende om een hele week met een glimlach rond te lopen. En dan dat refrein en die baslijn : pure funk. Alles wilde ik weten van Wim De Craene, over zijn vroege trek naar Amsterdam en zijn mentor Ramses Shaffy, dat hij zijn zoon Ramses noemde, over het in elkaar stuiken van zijn carrière en de neerslachtige buien, z’n veel te vroege dood ook.
Vorige zondag interviewde ik Mathieu Vanderpoel, na zijn overwinning in de veldrit van Gavere. Na de uitzending stap over de aankomstreep naar de auto. Een man met een witte wintermuts op het hoofd, met opschrift Mathieu Vanderpoel, een supporter dus, spreekt me aan en zegt, ‘hallo, ik ben Ramses De Craene, de zoon van Wim.' Hij zal het niet gemerkt hebben, maar ik stond van boven tot onder vol met kippenvel. Ramses sprak over de recente Sporza-fietsvakantie, dat het leuk was, maar veel bergop daar in Mallorca. Ik zei dat ik eerder ook al 2 keer was meegeweest, maar dit jaar niet. Tegelijk dacht ik ‘volgend jaar weer wel’ en jij ook Ramses. En wanneer we dan dartel een col opfietsen zing ik in mijn hoofd ‘Niemand heeft dit ooit gezien, zo’n schoonheid van 18’.