Stoute kinderen bestaan niet
ma 3 dec. - 8:49
"Mama? Mijn vrienden zeggen dat de Sint niet bestaat. Is dat zo?"
- Snel denken, Mouton, snel denken... - Ik was niet voorbereid op mijn zevenjarige zijn vraag. We stonden dan nog tussen de karren van de supermarkt ook.
"Wat denk je zelf?" - Snel nagedacht! -
Miro hield zijn hoofd schuin. Handen in de zij. "Mama, wees eens eerlijk?" - Tot daar mijn goeie repliek. De zijne was nog beter. -
"Wil je het écht eerlijk weten?" Vroeg ik nog voor de zekerheid. Hij antwoordde resoluut: "Ja!"
Dus toen wist hij Het. Hij vond het jammer. - ik weet nog dat ik het ook zo jammer vond. - We hebben afgesproken dat hij mag geloven wat hij wilt, dat hij zelf mag fantaseren. Ondertussen bedenkt hij plannetjes zodat zijn zus in haar fantasie over de Sint kan blijven. "Maak wat kruimeltjes met die speculaas, he mama, dan denkt zus dat de Sint die écht heeft opgegeten." En knipogen we naar elkaar als zij filosofeert: "Hoe kan Slechtweervandaag op het dak lopen?" Dan denkt ze even diep na en antwoordt ze zelf: "Omdat-ie naar de páárdenschool gaat, hè mama! Ahja!"
Als ik het opnieuw zou kunnen doen, dan zou ik hen zelf op jongere leeftijd antwoorden laten bedenken op hun vele vragen, zonder het zelf voor te kauwen.
De Sint komt hier altijd. Wat ze ook geloven of hoe ze zich ook gedragen. Ze hoeven niet bang te zijn voor de Sint zijn vermanende vinger, voor straf of dat er geen cadeautjes zouden zijn. Ze moeten hun gedrag niet aanpassen. Spiekpietjes? Ik weet niet wat ze zijn. Hier zijn geen stoute kinderen. Er zijn geen stoute kinderen. Dit jaar niet, geen enkel jaar. Er zijn enkel kinderen die worstelen met hun gevoelens en sommigen onder hen laten dat luidkeels zien. Maar stout? Neen. Laat dat evident zijn.