Waarom willen zo weinig mensen zwembadredder worden?

De bedoeling van de maatregel is onder meer om het tekort aan beroepsredders in zwembaden weg te werken. Werkzoekenden die interesse hebben om als redder aan de slag te gaan maar nog niet beschikken over het brevet van hoger redder, kunnen via VDAB een opleiding van 64 uur volgen.

Met dat diploma kan je als redder aan de slag in zwembaden en in open zwemvijvers, zoals De Nekker in Mechelen of het Zilvermeer in Mol. Voor een job als strandredder kom je met dit brevet niet in aanmerking. Daarvoor moet je de opleiding "Redder aan zee" volgen.

De VDAB organiseert in zes steden vooropleidingen om de slaagkansen van geïnteresseerden te vergroten. Dat gebeurt in Antwerpen, Gent, Leuven, Izegem, Geel en Genk. Tijdens de vooropleiding krijgen de cursisten een initiatie EHBO, zwemtraining in functie van de fysieke voorbereiding op de reddersproeven, en minstens één bijkomende zwemtraining per week. Tegelijk leren ze solliciteren en omgaan met conflictsituaties. De cursus Hoger Redder zelf wordt georganiseerd in Antwerpen, Gent en Leuven.

Eentonig?

Marleen De Cordier geeft al 20 jaar cursussen aan redders. Ze verklaart in 'De Ochtend' waarom de job van zwembadredder soms minder aantrekkelijk is: "Een zwembadredder moet vaak 8 uur per dag toezicht houden in een zwembad: dat is een warme atmosfeer met veel lawaai. Dat is een andere sfeer dan op een strand met zon en zee, waar je ook kan varen met een boot of eens een babbeltje kan slaan met toeristen."  Voor sommigen komt een hele dag toezicht houden ook vrij eentonig over, maar net daarom leveren veel zwembaden inspanningen om het met andere jobinhouden te combineren, zoals zwemles of aquajoggen geven.   

De Cordier vindt het alvast een goed idee om mensen via de VDAB naar de job te lokken. 

Lees ook:

Bron: vrtnws.be en 'De Ochtend'