Bonus
Liesbeth Aerts schrijft het mooiste nieuwsgedicht voor Radio 1
zo 5 nov. - 8:11
Het afgelopen jaar zond ‘Bonus’ op Radio 1 elke zaterdagochtend een gedicht over de actualiteit uit, op maat geschreven en voorgelezen door de beste Vlaamse dichters. De verzameling is nu gebundeld in een boek.
Tegelijk was er een luisteraarswedstrijd om zelf een nieuw nieuwsgedicht te schrijven. Daar kwam veel respons op en de thema’s waren erg verscheiden, van Catalonië over de vluchtelingen en de oorlog in Syrië tot de kasteelmoord en het zinkgat in Brussel.
De jury, onder leiding van dichter Max Temmerman, koos drie laureaten uit. Op de derde plaats eindigt Francine Vander Linden met twee haiku’s over een gewonde jongen in Syrië en de muziekschool van Mosoel. De zilveren medaille is voor Christophe Batens met ‘Van de vrouw die een zus vond’, een gedicht over de vriendschap tussen een Vlaamse vrouw en een vluchtelinge. En de winnaar van de wedstrijd is Liesbeth Aerts, die inspiratie vond in een krantenartikel over een nieuw medicijn tegen leukemie.
in ons glimmend huis
in ons glimmend huis van vroeger broedt nu kanker
kamers lopen langzaam onder doch wij koesteren
onze hartslag, stapelen dagen zolang het nog kan
en laat ons realistisch zijn, er zit een veeg op de tekening
komt de geurige dag waarop – het nieuws nog in de vochtige knop -
een nieuwe sleutel wordt gevonden tot het huis waarin ramen ademen nu
en weer klank te onderscheiden valt en rondingen. dit succes
moet herhaald de winst bekrachtigd de veldslag bekroond
en laat ons realistisch zijn, er zit een vlies om het wonder
Winnares Liesbeth Aerts mocht haar gedicht live voorlezen tijdens de Bonus-uitzending. Alle vijftig Bonusgedichten van het voorbije jaar, geschreven door 25 verschillende pennen als Luuk Gruwez, Maarten Inghels, Paul Demets, Joke van Leeuwen, Maud Vanhauwaert of Aya Sabi zijn verzameld in de bundel ‘Alsof er niets is gebeurd. Een jaar nieuws in gedichten’, uitgegeven door Poëziecentrum.
Dit is het gedicht van Christophe Batens:
Van de vrouw die een zus vond
Ik ken de kant niet waar de zon
wekt, de wang die je gasten biedt,
de plooi die bij de strik hoort.
Ik weet niet hoe hard hoe zacht
woorden, hoe warm de boter of hoe
een kast er hier vanbinnen uitziet.
Als de dag sterft, geeft haar oog
mij licht, huivert haar huid
bij mijn stille kramp, ver verdriet.
Zij is de hand aan de arm naar mijn buik.
Nooit heb ik haar gekamd, haar gekleed,
geraakt of naakt gezien.
Ik ben haar zus niet.
Zij kreeg andere melk, zag andere luchten,
maar er liep een draad van mijn huis tot hier
en nu van mijn hart naar het hare.
En de twee haiku’s van Francine Vander Linde:
Haiku voor het gewond vijf jarig syrisch jongetje in de ambulance
één bom is genoeg
en plots is een kind van vijf
al lang geen kind meer
Haiku voor de getroffen muziekschool in Mosul
Van tussen het puin
spreekt een gammele piano
de terreur tegen
De laatste Bonusgedichten
In de speciale poëzie-uitzending van Bonus lazen ook Lotte Dodion en Lies Van Gasse voor; zij brachten nieuw werk, ook geïnspireerd op de actualiteit. Lies Van Gasse koos voor de stervende merelpopulatie, als gevolg van een virus.
Usutu
Op straat spiedt men gewapend naar daders,
want een stok is gauw gevonden,
maar een mug slaat men niet licht.
Op elke zwiepende tak proberen de gehelmden
nu ook vermoedelijke slachtoffers te herkennen:
mager, geelgebekt en depressief,
zwart, opgerold, oliezacht
− vooral de jonge lopen gevaar!
Het wordt steeds stiller in de zangles.
Nors bekijkt de dirigent de mieren op het blad,
de timmerende tinnen soldaatjes,
maar de zangers worden één voor één
uit de lucht geplukt,
van straat geveegd,
verkast
en opgehokt
in opvangcentra.
Straks wordt er niet meer gezongen.
In sommige kringen wordt dit al langer voorspeld.
De dirigent schrijft zich in voor loopbaanbegeleiding.
De gehelmden dragen nieuwe maskers.
In de Zoo bereidt men een kweekprogramma voor.
Het gonst in de straten. Waar de zon schijnt, voert men oorlog.
We kunnen enkel hopen dat het kouder wordt.
Lotte Dodion vond inspiratie bij de bende van Nijvel.
RECONSTRUCTIE
er hangt een loden lucht over die dagen
een lege voorraadkast afwegen
tegen de kans op kogelregen
van kind naar kist
het vraagt maar één schot
een R4 rijdt de verkeerde richting uit
straatstenen spannen samen tot vluchtweg
we stonden erbij en keken ernaar
de impact
van een zwart gat
in negen millimeter
kan iemands heelal verdwijnen
( de vergeetput
van het onderzoeksdossier
papier hier )
donkere gedachten doen
aan bendevorming in ons hoofd
aan het stoplicht staat een man
oog in oog
met zijn ergste vermoeden
tieners hengelen naar antwoorden
op de bodem brandt een kast
tast twijfel langzaam
de zwijgplicht aan