Borstvoeding geven is goed voor het kind én de moeder

Borstvoeding geven is niet alleen goed voor het kind, maar ook voor de moeder. Dat blijkt uit een nieuwe metastudie waar Sanne Peters, epidemioloog aan het UMC Utrecht en George Institute for Global Health aan het Imperial College in Londen aan meegewerkt heeft.

Peters vergeleek talloze studies over borstvoeding met elkaar. Daarin viel het op dat vrouwen die borstvoeding geven minder kans hebben op hart- en vaatziekten. Of het om een causaal verband gaat, is niet 100 procent zeker, omdat elke vrouw uit de studie zelf had gekozen om al dan niet borstvoeding te geven.

Uit andere studies bleek ook al dat vrouwen die borstvoeding geven sneller terug op hun gewicht van voor de zwangerschap zitten. Ze verliezen sneller hun extra opgeslagen vet en ook hun cholesterol komt sneller terug naar het normale niveau. Dat zou er ook voor kunnen zorgen dat hun risico op hart- en vaatziekten vermindert. 

Over de nodige duurtijd van de borstvoeding om van deze voordelen te genieten, bestaat twijfel, maar hoe langer hoe beter. Voor het kind zelf raadt de Wereldgezondheidsorganisatie aan om 6 maanden fulltime borstvoeding te geven.