De Ochtend
Marjolein (24) getuigt over seksuele intimidatie op straat: "Mijn beeld van mannen is veranderd en dat is jammer"
ma 21 jun. - 4:30
Op 4 januari is Marjolein op weg naar een examen aan de Erasmushogeschool Brussel. Terwijl ze staat te wachten op de bus aan het station in Brussel-Noord, spreekt een jongeman haar aan. Al snel doet hij ongewenste voorstellen, waar Marjolein weigert op in te gaan. Het voorval heeft een grote indruk nagelaten op haar.
Samen met Marjolein ging VRT NWS opnieuw naar de bushalte. Bekijk hier Marjoleins volledige getuigenis. De tekst gaat daarna verder:
"Wil jij toevallig een avontuurtje van een half uur beleven?"
Marjolein is geen uitzondering. Binnen het internationaal project 'Safer Cities' maakt Plan International België vandaag een nieuw rapport bekend over seksuele intimidatie bij jongeren. "Met het project willen we steden veilig maken voor iedereen en we werken daarvoor nauw samen met jongeren", vertelt Heidy Rombouts, directeur van Plan International België. Via een online platform heeft Plan nu bijna 3.000 getuigenissen verzameld van jongeren over waar, wanneer en hoe ze zijn lastiggevallen in de steden Antwerpen, Brussel, Charleroi en Gent.
"Een van de belangrijkste bevindingen uit de online getuigenissen is dat een op de twee meisjes vindt dat seksuele intimidatie fundamenteel hun bewegingsvrijheid beperkt", stelt Rombouts. "Ze vermijden bepaalde plaatsen, nemen een andere wandelroute of gaan enkel samen met een vriend op stap. Ook kiezen ze er bijvoorbeeld bewust voor om zich op een andere manier te kleden wanneer ze uitgaan."
Al in 2019 sprak Plan International België over straatintimidatie met 700 jongeren tussen 15 en 24 jaar, waarvan 359 meisjes en 341 jongens, uit Brussel, Antwerpen en Charleroi. 91 procent van de meisjes en 28 procent van de jongens gaf aan slachtoffer te zijn.
"We interpreteren seksuele intimidatie vrij ruim. Dat wil zeggen verbaal en niet-verbaal ongewenst gedrag, zoals nafluiten, commentaar geven op kleding of het uiterlijk van iemand, maar ook aanrakingen", verduidelijkt de directeur. Plan onderscheidde in hun studie uit 2019 vijf van de meest voorkomende vormen.
Meest voorkomende vormen van seksuele intimidatie:
- 82% nafluiten
- 79% langdurig aanstaren
- 62% opmerkingen over het uiterlijk
- 59% overdreven flirterig benaderen
- 36% ongewenste aanrakingen
Op weg naar school
De recente online getuigenissen bewijzen dat het overal kan gebeuren. Toch zijn er bepaalde openbare plekken die onderscheiden kunnen worden, namelijk de straat, plekken voor vrijetijdsbestedingen zoals uitgaansbuurten en het openbaar vervoer." Maar zelfs op weg naar school geeft een op de tien jongeren aan dat ze ermee te maken krijgen", vertelt Heidy Rombouts.
Taboe
Weinig jongeren stappen naar de politie om klacht in te dienen. Slechts 6 procent van de respondenten op het online platform heeft een klacht neergelegd bij de politie. "Er heerst nog te veel taboe rond het thema. Jongeren durven niet praten over wat hen overkwam, uit vrees dat ze niet serieus genomen worden. Als gevolg hiervan wordt het beleid rond seksuele intimidatie uitgebouwd op basis van een beperkt aantal officiële meldingen", aldus Rombouts.
Sinds 2014 is seksuele intimidatie op straat strafbaar door de seksismewet. Adjunct-directeur van het Instituut voor de Gelijkheid van Vrouwen en Mannen, Liesbet Stevens: "Het verhaal van Marjolein, bijvoorbeeld, zou gezien worden als strafbaar seksisme. Maar heel ver kom je er nog niet mee. Vrouwen worden bij straatintimidatie vooral met onbekende daders geconfronteerd. Het zijn ook vaak vluchtige contacten. Het is moeilijk om de daders op te sporen en te vervolgen. De seksismewet is dus niet zaligmakend. Je moet vooral inzetten op preventie en een breder beleid dat het probleem aanpakt."
Wat moet er gebeuren?
Plan International is het daarmee eens en heeft in samenwerking met jongeren een lijst van aanbevelingen opgesteld. "Zo willen de jongeren dat er meer bewustmaking komt over seksuele intimidatie onder hun leeftijdsgenoten zelf, bijvoorbeeld via de jeugdbeweging of op school", vertelt Rombouts.
"Een andere aanbeveling van de jongeren is dat vooral het openbaar vervoer een veiligere plaats moet worden. Buschauffeurs maar ook leerkrachten en jeugdwerkers zouden een training moeten krijgen rond seksuele intimidatie over hoe ze daarop kunnen reageren. Jongeren praten heel weinig over wat hen overkomt. Daarom moeten we ook mensen in het jeugdwerk, de sport, het onderwijs, maar ook bij de politie en het openbaar vervoer omvormen tot aanspreekpunten of vertrouwenspersonen."
De organisatie Pimento, bijvoorbeeld, geeft nu al trainingen rond seksuele intimidatie in Antwerpen. In overleg met het stadsbestuur bekijken ze wie ze trainingen geven. Jongeren leren ze te communiceren over hun grenzen. Daarnaast gaf Pimento het afgelopen jaar een vorming aan leerkrachten, jeugdwerkers en horeca-uitbaters over hoe zij het best reageren als ze zien dat iemand seksueel geïntimideerd wordt.
Daarnaast is de rol van omstaanders erg belangrijk. In Antwerpen greep in 97 procent van de gevallen geen enkele omstaander in, in Charleroi en Brussel gaat het om 91 en 70 procent. "Als omstaander kan je met kleine interventies echt het verschil maken", pleit Heidy Rombouts.
Bron: vrtnws.be en 'De Ochtend'
Lees ook:
"Het gaat altijd over de vrouw die verkracht wordt, maar nooit over de man die verkracht heeft"
Slachtoffers getuigen over seksueel geweld in Brussel: "Plots duwde hij me op de grond en trok mijn joggingbroek uit"