Ga naar hoofdinhoud

Luister Live

Programma's

Select

Podcasts

Alles begint bij luisteren

ontbreekwoordenboek

Radio 1 Sessies

album van de week

classic album van de week

De Ochtend

Pensioenleeftijd blijft op 62 maar toch betogen de Fransen: zijn ze het noorden kwijt?

di 24 sep. - 6:58

In Frankrijk wordt betoogd en gestaakt tegen de grote pensioenhervorming van president Emmanuel Macron. Die zou het Franse sociale model moeten klaarmaken voor de toekomst. Hun pensioenleeftijd blijft op 62, bij de laagste van Europa, maar toch betogen ze. Hoezo?
Unsplash

President Macron begint aan zijn hoofdmaaltijd, zijn plat de résistance. De pensioenen, dat wordt zijn belangrijkste hervorming, omdat het om het brood van miljoenen Fransen gaat. Maar hij zal ook op behoorlijk wat résistance – weerstand botsen. Macron weet dat en heeft zijn hervorming heel voorzichtig aangepakt, met 2 jaar van aftasten en overleg. Nu mag zijn eerste minister Edouard Philippe het allemaal uitleggen. Want in het verleden hebben wel meer politici hun tanden stukgebeten op de pensioenen.

Franse gepensioneerden hebben niet te klagen

Nu is de Franse gepensioneerde er vandaag niet zo slecht aan toe. Procentueel is er de helft minder armoede bij de gepensioneerden dan bij de rest van de bevolking. Gemiddeld krijgen ze 1.400 euro netto, wat niet zo veel slechter is dan het gemiddelde inkomen in Frankrijk tout court. En al lijkt het Franse pensioenstelsel in veel opzichten op het onze, de Fransen krijgen meer dan de Belgen.

Nu zeggen "gemiddelden" niet zo veel natuurlijk. De gemiddelde Fransman is 43, maar dat neemt niet weg dat er baby’s en ouderlingen zijn. Dat geldt ook voor de pensioenen. En net als bij ons valt het grote verschil op tussen mannen en vrouwen. Een vrouw krijgt gemiddeld zo’n 40 procent minder pensioen dan een man. En de ambtenaren of leerkrachten zijn er wat het wettelijk pensioen betreft, net als hier, beter aan toe dan een werknemer uit de privé.

Veel landen hebben gekozen voor een systeem waarbij je spaart voor je eigen pensioen, maar niet zo in Frankrijk en België. Daar betalen de werkenden de gepensioneerden, een repartitiesysteem heet dat. De vergrijzingsgolf zal de komende decennia in Frankrijk (en bij ons) dus meer "spanning" op het systeem zetten, omdat het aantal werkenden minder snel groeit dan het aantal gepensioneerden.

62 blijft 62

De wettelijke pensioenleeftijd is in Frankrijk de voorbije jaren opgetrokken naar 62 jaar en dat blijft ook in de toekomst zo, dat heeft president Macron beloofd. Opgelet: 62 is de minimumleeftijd waarop je met pensioen kan gaan.

Al zijn er op dit ogenblik, net als bij ons, nog heel veel uitzonderingen. Voor mensen die heel vroeg aan het werk gegaan zijn bijvoorbeeld, of voor het rijdend personeel van het openbaar vervoer. Daar mogen sommigen nu al op hun 52e met pensioen.

Hoe dan ook, die wettelijke leeftijd van 62 is lager dan bij ons en in de meeste buurlanden. Al valt dat in de praktijk wel mee. De Fransen werken nu gemiddeld tot ze bijna 63 zijn, iets langer dan in ons land het geval is. In beide landen stijgt de gemiddelde leeftijd van vertrek trouwens. Het idee dat de Fransen uitzonderlijk vroeg met pensioen gaan, klopt dus op dit ogenblik niet.

Een systeem met punten

Macron wil nu het hele systeem op zijn kop zetten. In de plaats van ruim veertig (40!) verschillende regimes vandaag is het de bedoeling om tot één enkel systeem te komen. Gedaan dus met speciale systemen voor ambtenaren, zelfstandigen, parlementsleden, agenten, treinpersoneel of kaderleden. Er komt vanaf 2025 een systeem met punten, waarbij elke gewerkte periode gelijkgeschakeld wordt. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat iedereen hetzelfde bedrag zal krijgen. Maar "1 euro bijdrage zal in de toekomst voor iedereen hetzelfde pensioengeld genereren".

Gedaan met speciale systemen voor ambtenaren, zelfstandigen, parlementsleden, agenten, treinpersoneel of kaderleden

Het lijdt weinig twijfel dat de hervorming "van moeten" is, ingegeven door het kostenplaatje. Frankrijk geeft nu al heel veel geld uit aan de pensioenen, bijna 14 procent van het bruto binnenlands product. Dat is beduidend méér dan in de meeste andere Westerse landen, ook ruim drie procentpunten meer dan in ons land. De regering heeft al laten weten dat het niet de bedoeling is om in de toekomst nog meer te besteden. Met de hervorming moet het systeem van bij de start in 2025 in evenwicht zijn . 

Langer werken loont

In de praktijk zal het betekenen dat de toekomstige gepensioneerden minder zullen krijgen dan vandaag het geval is. Berekeningen laten zien dat de verschillen aanzienlijk kunnen zijn. Alleen wie bereid is pakweg drie jaar langer te werken, zal nog kunnen rekenen op een pensioen zoals vandaag.

Wat opvalt aan het nieuwe systeem is dat een paar jaar langer werken beduidend meer pensioen oplevert. Zo geeft de regering zélf het voorbeeld van Paolo. Als hij na een volledige loopbaan vertrekt op zijn 62 heeft hij recht op maandelijks 1.237 euro. Werkt hij vijf jaar langer, dan loopt dat al op tot maandelijks 1.512 euro. Met andere woorden: officieel verhoogt de pensioenleeftijd niet, in de praktijk verhoogt hij wél, tenminste als je een behoorlijk pensioen wil houden.

Rijke vader, arme zoon?

Het Franse burgercollectief RéformeDesRetraites doet er alles aan om duidelijkheid te krijgen over de hervormingen... en ze om te zetten in cijfers. Al zijn niet alle maatregelen al beslist of gecommuniceerd, hun voorlopige berekeningen geven aan dat de vrees voor inlevering niet onterecht is.

Het collectief vergelijkt wat (fictieve) Mathieu krijgt in vergelijking met zijn zoon Mathias. Allebei gaan ze op pensioen op 64, na een loopbaan van 42 jaar in een privé-bedrijf. Wat blijkt? Het pensioen van Mathieu bedraagt 73 procent van zijn laatste loon. Zijn zoon Mathias, geboren in 1990, moet het na een identieke carrière doen met maar 56 procent. Het verschil bij ambtenaar Marie en haar dochter Maryam is kleiner, maar blijft aanzienlijk. Het collectief voegt eraan toe dat die kloof niet uitsluitend te wijten is aan Macron, eerdere maatregelen hebben ook een effect.

Pech voor wie geboren is na 1963?

Maar wat dan gedacht van pakweg een Franse leerkracht? Die krijgt nu haast altijd een pensioen van ruim boven de 2.000 euro. Maar dat zal in de toekomst flink minder zijn, critici hebben het in de huidige stand van zaken over een "maandelijks verschil van 38 procent".

De overgang naar het nieuwe systeem verloopt overigens heel geleidelijk. Het nieuwe systeem zou in voege komen in 2025. En het geldt alleen voor mensen die na december 1962 geboren zijn. En ook daarna gaat het nog geleidelijk, eerste minister Edouard Philippe liet weten dat het pas tegen 2040 helemaal in voege is. Wat ook behouden blijft: een gunstige regeling voor de langst overlevende partner, die 70 procent krijgt van het bedrag van beide pensioenen samengeteld.

Van top naar flop?

De hervorming is nog niet helemaal rond, al lijken de grote principes wel vast te liggen. Snel na zijn aantreden heeft president Macron een pensioencommissaris - Jean-Paul Delevoye - belast met het aftasten van het terrein. Die heeft intussen een rapport afgeleverd en is toegetreden tot de regering. Met als bedoeling de voorstellen nu ook te gaan realiseren. Maar eerst komen er nog een paar maanden van inspraak en overleg, ook de burgers zullen via internet hun zegje kunnen doen. De definitieve stemming in het parlement staat pas op de agenda voor de zomer van 2020, na de gemeenteraadsverkiezingen.

Het project heeft de voorbije jaren al een paar keer een nieuwe "look" gekregen. Oorspronkelijk was er sprake van een verhoging van de pensioenleeftijd, maar die piste werd snel verlaten. Toen zou er wel een "age pivot" overblijven, een scharnierleeftijd waarop je recht zou hebben op een "volledig pensioen". Maar ook dat begrip is – na protest van de vakbonden – van tafel geveegd. Nog wel door de président zelf.

Of dat meer is dan een symbolische overwinning voor de bonden is zeer de vraag. Waar het om gaat is dit: Frankrijk zit nu al in het kransje landen dat het meest uitgeeft aan pensioenen. Vermits Macron heeft beslist dat ze in de toekomst niet nog meer willen uitgeven, zullen de gepensioneerden het gemiddeld met minder moeten stellen.

Op dit ogenblik betalen 3,5 werkenden één gepensioneerde. Tegen 2040 – ook volgens Belgische pensioenvooruitzichten een moeilijk moment – zullen dat er zeker minder zijn, sommige prognoses hebben zelfs over 2 werkenden voor 1 gepensioneerde.

De Fransen zullen dus: of langer moeten werken dan vandaag, of tevreden moeten zijn met minder. Of in de praktijk allicht een beetje van de twee. "De taart blijft hetzelfde, maar er moeten meer mensen van eten". Aan president Macron - of beter aan zijn adjudant en eerste minister Edouard Philippe - om dat verkocht te krijgen aan de werkenden van vandaag.

Beluister het gesprek met Rony Van Gastel van onze buitenlandredactie:

Bron: vrtnws.be en 'De Ochtend'

Lees ook:

Blijf op de hoogte

Ontdek de beste podcasttips, beluister het meest recente nieuws en doe mee aan exclusieve acties.

Volg ons op
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Jobs

Privacy

Gebruiksvoorwaarden

Heb je een vraag?

Contact

Wedstrijdreglement

Logo UitInVlaanderenLogo Cim Internet