Het betreft de Vilcabamba in het zuiden van Ecuador tegen de provincie Loja. De rivier heeft natuurlijk niet zelf klacht ingediend, dat deden twee Amerikanen die in de regio leven in haar plaats. Ze maakten zich zorgen over de milieu-impact van verbredingswerken aan de snelweg tussen de stad Vilcabamba en Quinara.
Het Grondwettelijk Hof van Ecuador oordeelde dat het provinciebestuur onmiddellijk maatregelen moet nemen voor de bescherming van de Vilcabamba. Het provinciebestuur moet voorkomen dat de werken nog milieuschade aanrichten, en moet ook het puin ruimen dat al in de rivier was gestort.
Sinds Ecuador 'de rechten van de natuur' in 2008 opnam in de grondwet kan iedereen de overheid ter veantwoording roepen als die geschonden worden. Het is dan aan de overheid om te bewijzen dat de belangen van het milieu géén schade leiden.
Enkel Ecuador en Bolivia hebben tot hiertoe de rechten van de natuur gelijkgesteld aan de rechten van de mens. De natuur wordt daar beschouwd als een subjectief persoon die zoals een mens drager is van subjectieve rechten.