Ruth kan absoluut niet tegen haar verlies: “Het is sterker dan mezelf”

“Bij mij thuis werd er altijd heel erg opgegaan in spelletjes”, vertelt Ruth. “Vaak werd er iemand boos of liep er iemand weg. Mijn broer was nog erger dan ik, maar die verloor minder vaak dus dat viel niet zo hard op. Ik was diegene die er het meest last van had.”

Wat er dan door haar heengaat, op zo’n moment? “Je voelt dat je een groot onrecht wordt aangedaan. Dat het écht niet eerlijk is. Je voelt allesoverheersende kwaadheid en verdriet. Je wil niet meer spelen, en ik heb in het verleden zelfs spelletjesborden omver geworpen uit frustratie.”

Monopoly is het vreselijkste spel

'Monopoly ' is volgens Ruth een verschrikkelijk spel: “Het is het allerergste spel voor mensen die niet tegen hun verlies kunnen. Van zodra je armer bent dan de anderen, is het één lange lijdensweg tot je failliet. Of 'Mens Erger Je Niet' – ook vreselijk. Omdat het enkel gaat over geluk, er komt geen taktiek aan te pas. Als je geen 6 gooit, heb je pech. En dat voelt zo oneerlijk.”

“'Time’s Up' is één van mijn lievelingsspelletjes, en daar ben je heel afhankelijk van je ploeggenoot. Als die niet sterk is in het spel, vind ik het heel moeilijk om mijn frustratie daarover te verstoppen. En dat is nefast voor de sfeer, helaas.”

“Ik vind het zélf heel erg dat ik niet goed tegen mijn verlies kan. Het is aanstellerig en kinderachtig, maar het is gewoon sterker dan mezelf. Ik ga er zo hard in op dat ik het op dat moment niet meer kan relativeren. En als de anderen er dan ook nog eens mee lachen, word ik helemaal woest. Uit schaamte, ja – want ik ben op dat moment ook heel erg aan het worstelen met mezelf.”

Niemand verliest graag

Volgens ontwikkelingspsycholoog Wim Van den Broeck (VUB) is Ruths karaktertrek niet zo uitzonderlijk.  “Niemand verliest graag. Dat is een evolutionair gegeven: de mens is een strevend wezen en wil van nature succes bereiken. We hebben problemen met falen, want anders zouden we nooit kunnen overleefd hebben in de jungle.”

Waarom sommige mensen beter tegen hun verlies kunnen dan anderen, heeft volgens Van den Broeck te maken met hun persoonlijkheid: “De ene is al temperamentvoller en competitiever dan de andere. Maar veel heeft ook te maken met hoe we leren omgaan met de emoties die komen kijken bij verlies. Door vaak spelletjes te spelen en ervaringen van winst én verlies op te doen, leren we onze impulsen te onderdrukken en rekening te houden met anderen. Ook dat is voor sommigen makkelijker dan anderen.”

Soms zie je dat mensen zelf strategieën gaan ontwikkelen om verlies in een spel te vermijden: door te gaan valsspelen, bijvoorbeeld. “Dat is geen goede gewoonte, natuurlijk. Als je dat merkt bij je kind, moet je dat gedrag gaan corrigeren”, aldus Van den Broeck. “Het is belangrijk om de nadruk te leggen op het plezier van het spel, zodat je kind niet alleen wil spelen om te winnen, maar ook gewoon omdat het leuk is.”

Lees ook: