Ayco
Robert Plant & Alison Krauss - Raise the Roof
zo 28 nov. - 11:00
Twaalf jaar geleden is het al, dat Robert Plant & Alison Krauss met hun album ‘Raising sand’ maar liefst vijf Grammy’s wonnen. Voor Krauss eigenlijk zo goed als dagelijkse kost, want zij had op dat moment al twintig Grammy’s op haar kast staan. Robert Plant daarentegen had voordien – naar eigen zeggen – nog nooit een Grammy van dichtbij gezien. Een deel van het succes was te zoeken bij de producer van de plaat: T-Bone Burnett. Hij had eigenhandig de nummers voor ‘Raising sand’ gekozen en zorgde zo voor een eclectisch maar perfect passend geheel.
Nadien bleef het een hele poos stil. Geruchten over een tweede plaat deden de ronde, maar achter de schermen bleek het geen succes: bij Robert Plant had de drang om de wereld te verkennen ondertussen de overhand genomen. In een interview vertelde Krauss hoe ze elkaar jarenlang nummers doorstuurden, maar er toch niet in slaagden iets van die ideeën op te nemen. Krauss: “Ik wil het gewoon op het juiste moment doen, anders blijven dingen niet duren en blijven ze niet groeien in je hoofd.” Gelukkig blijkt dat juiste moment nu wél aangebroken.
Never change a winning team zullen Krauss en Plant gedacht hebben. Voor het nieuwe album is T-Bone Burnett dan ook opnieuw van de partij, net zoals drummer Jay Bellerose en gitarist Marc Ribot. De band werd verder aangevuld met onder andere gitaristen David Hidalgo en Buddy Miller.
Het leeuwendeel van de plaat zijn eigentijdse interpretaties van al bestaande countrynummers. Zo herkennen we ‘The price of love’ van The Everly Brothers, ‘Going where the lonely go’ van Merle Haggard en ‘It don’t bother me’ van Bert Jansch. Het enige nieuwe nummer op de plaat is ‘High and Lonesome’.
Met ‘Raise the roof’ waan je je het ene moment dolend op de prairie terwijl de tumbleweeds voorbij rollen, en het andere in een oldtimer, raampjes naar beneden, tijdens een roadtrip langs de Route 66. De hypnotiserende stem van Alison Krauss en het iets rauwere geluid van Robert Plant zorgen telkens weer voor de perfecte sfeer. Zelf zeggen ze dat hun complementariteit komt door hun verschillende werkwijze: waar Krauss wil streven naar een ultieme perfectie, wil Plant vrij zijn en kunnen improviseren. Die combo zorgt voor een mooie balans tussen spontaniteit en stabiliteit.