Touché
"Niets in het leven is gemakkelijk in het begin. Je moet blijven doorzetten"
zo 30 mei - 1:05
Tokyo 2021
Bashir Abdi is één van de atleten die ons land deze zomer zal vertegenwoordigen op de Olympische Spelen in Tokyo. Hij zal op 8 augustus aan de laatste wedstrijd van de Spelen deelnemen: de marathon die in Sapporo gelopen zal worden. “De voorbereiding verloopt momenteel goed”, vertelt Abdi. “Ik kijk er enorm naar uit om te kunnen schitteren op de Spelen. Ter voorbereiding ga ik nog deelnemen aan een wedstrijd van 10 km en een halve marathon, zo kan ik me beter opwerken naar een goed wedstrijdritme.”
Abdi is een doorzettende en hardwerkende atleet, maar hij weet niet of hij een medaille zal winnen. Al denken zijn supporters daar anders over. “Ik kan meer dan 7 atleten opnoemen die sneller lopen en meer ervaring hebben dan ik. Zij zullen ook allemaal in Tokyo aanwezig zijn. Dus ik kan nog niets voorspellen. Ik hoop wel dat ik de top 8 haal, dat lijkt me realistischer dan een medaille. Het is ook de eerste keer dat ik de marathon op de Olympische Spelen zal lopen, dus ik wil met een positieve mindset aan de wedstrijd beginnen. Ik ga zeker en vast geen onnodige risico’s nemen”, aldus Abdi. “Het moeilijkste aan de Spelen is de loodzware voorbereiding van de komende twee maanden. Het is gemakkelijk om te zeggen dat topsport ongezond is, maar het doet wel iets met je lichaam.”
Jeugd
Als kind vluchtte Abdi met zijn gezin voor de burgeroorlog in zijn thuisland Somalië richting Addis Abeba. Na enkele jaren in een vluchtelingenkamp verbleven te hebben, trok hij op zijn 13de met zijn broers en zussen richting België, waar zijn moeder hen al 4 jaar opwachtte.
“In de jaren negentig werd het te onveilig in Somalië om te blijven, dus zijn we gevlucht naar een van de vluchtelingenkampen aan de grens. Mijn moeder zat op dat moment nog in het buitenland. Er was toen nog geen sprake van GSM’s of sociale media, waardoor het nog even geduurd heeft alvorens ze ons teruggevonden had. Onze hereniging was echter van korte duur, want zij vertrok al snel om een veilige plaats voor ons te vinden waar we een beter leven zouden kunnen leiden. Uiteindelijk is ze via Spanje in België terechtgekomen. Daar heeft ze vier jaar op ons gewacht alvorens we opnieuw herenigd werden. Onze hereniging was dan ook enorm emotioneel”, vertelt Abdi.
Na 7 jaar, kreeg Abdi eindelijk de Belgische nationaliteit, die hij trots naast zijn Somalische nationaliteit draagt. “Het heeft lang geduurd, maar dat komt omdat je moet integreren. Ik ben blij dat ik mag lopen voor mijn nieuw land”, vertelt Abdi. In Somalië is de situatie ondertussen nog steeds niet onder controle. “De problemen in Somalië blijven aanhouden. Het land gaat van het ene naar het andere probleem. Als ontwikkeld land zullen wij nooit begrijpen hoe dat kan. Er wonen verschillende stammen in Somalië, die allemaal strijden om de macht. Het is jammer dat mensen anno 2021 nog zo denken. Ik ben zelf nog niet terug geweest, maar ik hoor regelmatig schrijnende verhalen over de huidige situatie van mijn familie die er nog woont”, aldus Abdi.
Van voetbal naar atletiek
Voor Abdi marathons liep, was hij een voetballer. “Ik ben als tiener begonnen met voetbal. Op een bepaald moment was ik geblesseerd, waardoor ik enkele weken niet mocht voetballen. Ik ben dan eens met een vriend, die atletiek deed, gaan lopen en meegegaan naar zijn atletiektrainingen. Ik merkte dat ik het wel leuk vond, al ging het in het begin niet zonder slag of stoot. Het was mijn specialiteit om alle hordes omver te lopen, tot grote tegenzin van de trainer die nadien weer alles moest rechtzetten. Niets in het leven is gemakkelijk in het begin. Je moet blijven doorzetten. Maar zo heb ik de loopkriebel uiteindelijk te pakken gekregen”, aldus Abdi.
Niets in het leven is gemakkelijk in het begin
2011 was voor Abdi een donker jaar. Hij kampte met verschillende blessures en verloor zijn moeder aan kanker. “Mijn moeder ging op een dag naar de dokter omdat ze maagpijn had. Al snel werd er vastgesteld dat ze maagkanker had. Mijn moeder had daarnaast ook diabetes waarvoor ze regelmatig op controle moest, dus wij begrepen maar niet waarom de dokters die kanker niet eerder ontdekt hadden”, vertelt Abdi. “Mijn moeder onderging allerlei behandelingen voor haar kanker, maar niets leek te helpen. Op een bepaald moment heeft ze ons dan samengeroepen en begon ze ons individueel advies te geven. We wisten toen dat ze afscheid van ons aan het nemen was.”
“Mijn moeder is altijd de kostwinner van het gezin geweest. Het was pas na haar dood dat we door hadden wat zij wel niet voor ons deed. Ik moest plots deeltijds werken, studeren en daarbovenop nog trainen. Het werd allemaal te veel voor mij en ik verloor mijn motivatie om te lopen. Ik ben toen bijna gestopt met atletiek, maar mijn vriend heeft me erbovenop geholpen. Als hij er niet was geweest, had ik hier nu waarschijnlijk niet gestaan. Ik heb enorm veel te danken aan de steun van mijn familie en vrienden.”
Parijs 2024
Op 8 augustus is het D-Day voor Abdi en zal hij zich proberen bewijzen op de marathon in Tokyo. “De wedstrijd zal pas ‘s avonds plaatsvinden, dus ik probeer ‘s ochtends altijd wat los te lopen om mijn spieren soepel te houden, om nadien veel uit te rusten. Ik probeer ook veel te drinken, zodat ik zeker gehydrateerd aan de marathon begin.”
In februari is Abdi 32 jaar geworden, wat wel eens de piekleeftijd voor marathonlopers genoemd wordt. “Het zou mooi zijn als dat waar is”, lacht Abdi. “Maar we zullen zien. Als het dit jaar niet is, hoop ik dat ik het over drie jaar in Parijs nog eens kan proberen, met hopelijk mijn gezin en vrienden aan mijn zijde om te supporteren."
"Voor de toekomst hoop ik vooral dat ik gezond blijf en dat ik nog veel tijd met mijn gezin kan doorbrengen. En dat ik in tussentijd misschien nog wat recordjes kan verbreken”, lacht Abdi.
Touché gemist? Abonneer je hier op de podcast.
Meer Touché:
"De pijn blijft duren, die raak je niet kwijt. Toch moet je doorgaan en geloven dat het leven mooi is"
“Gelijkwaardig op papier betekent nog steeds niet gelijkwaardig in de samenleving”
“Cultuur is een belangrijke motor om het moraal van studenten weer op te krikken”